Innovatie aanwakkeren: van design thinking tot digitaal product

Organisaties worden steeds complexer en de eisen van klanten veranderen continu. Om hierop in te spelen, is innovatie nodig. Maar hoe zorg je ervoor dat je de juiste keuzes maakt? Design thinking biedt een kader om complexe problemen te structureren en tot oplossingen te komen.

In deze blog leggen we uit hoe design thinking kan helpen bij het ontwikkelproces van een digitaal product, van concept tot een werkend product.

Wat is design thinking?

Design thinking is een creatief proces waarbij designmethodes worden ingezet om complexe problemen stap voor stap op te lossen.

Bij design thinking ga je niet uit van het product dat je wilt maken, maar van de behoefte van de gebruiker. Door middel van verschillende technieken, ga je van het vaststellen van het probleem, naar het bedenken van oplossingen en het uitvoeren ervan.

Waarom design thinking?

Traditioneel gezien wordt innovatie binnen een organisatie vaak vanuit een bedrijfskundige en analytische aanpak bekeken. Het bedenken van nieuwe producten gaat dan via het management, waarbij er wordt gekeken naar de markt en de concurrentie. Dit is een logische aanpak, maar mist

  1. de creativiteit die nodig is voor het bereiken van échte innovatie, en
  2. de menselijke maat.

Design thinking is een creatieve aanpak waarbij de mens centraal staat, in plaats van het product of de organisatie. Wat zijn de behoeftes van de gebruiker? Wat drijft hem of haar? Op basis hiervan worden er oplossingen bedacht.

Voor wie is design thinking?

Design thinking kan ingezet worden door bedrijven, overheden of organisaties die willen vernieuwen en innoveren.

Ben je een innovatiemanager die op zoek is naar een nieuw out-of-the-box digitaal product? Of ben je een ondernemer en wil je je businessidee doorgronden en verbeteren? Of heb je een complex probleem waarvoor geen off-the-shelf oplossing bestaat? Design thinking helpt je daarbij!

Design thinking is geschikt voor iedereen die bereid is om buiten de traditionele denkkaders te treden en creatief te zijn. Er is geen designachtergrond nodig, alleen een open mindset. En natuurlijk een probleem dat je wilt oplossen. :-)

Hoe werkt design thinking?

Design thinking is een cyclisch proces waarbij er steeds weer wordt teruggekoppeld naar het uitgangspunt: de behoeftes van de gebruiker. Dit proces hoeft niet lang te duren - zo begeleiden we bedrijven tijdens een workshopsessie om de verschillende design thinking fasen door te lopen voor hun probleem.

Elk design thinking traject is anders, maar er zijn wel altijd 5 fasen te onderscheiden:

  1. Ontdekken (Explore): onderzoek het probleem door de doelgroep goed te begrijpen
  2. Definiëren (Define): formuleer het probleem op basis van de inzichten die je hebt opgedaan;
  3. Ideëren (Ideate): bedenk oplossingen;
  4. Creëeren (Create): maak een prototype van de meest veelbelovende oplossing;
  5. Testen (Test): test het prototype bij gebruikers

Fase 1: Ontdekken (Explore)

De eerste fase van design thinking is het verkennen van het probleem. Dit doe je door de doelgroep goed te begrijpen: wie zijn ze? Wat drijft hen? Wat zijn hun behoeftes? Je kunt hierbij verschillende design thinking technieken inzetten.

De kunst hierbij is om niet meteen naar een oplossing te zoeken, maar je te richten op het in kaart brengen van de huidige situatie. We raden je hierbij aan om deze fase altijd te laten begeleiden door een onafhankelijk design thinking expert, omdat je anders de kans loopt dat je in je eigen vooringenomenheid vast blijft zitten.

Voorbeelden van design thinking technieken voor de ontdekkingsfase zijn:

  • Gebruikersonderzoek: ga in gesprek met je doelgroep en/of bestudeer hun (online) gedrag;
  • Persona's maken: bedenk een aantal typische personen die bij jouw doelgroep horen;
  • Empathie kaarten maken: ga na welke emoties er spelen bij jouw doelgroep.

Fase 2: Definiëren (Define)

Nadat je in de ontdekkingsfase hebt vastgesteld wat er speelt bij de (potentiële) gebruikers, is het tijd om deze informatie te gaan organiseren en definiëren.

In deze fase ga je het probleem omschrijven op een manier waarop iedereen binnen de organisatie het kan begrijpen. Dit doe je aan de hand van een probleemstatement.

Het is in de probleembeschrijving daarbij van belang dat je het probleem op een human-centered manier beschrijft. Dus niet: "onze website werkt niet optimaal op mobiele apparaten."

Maar: "mensen kunnen onze content niet goed lezen op hun telefoon".

Een app om taxi's te boeken?

Let erop dat het probleemstatement anders kan zijn dan dat je van tevoren had gedacht. Dit komt omdat je in de ontdekkingsfase veel (on)voorziene inzichten hebt gekregen.

Laten we dit illustreren aan de hand van een voorbeeld. Stel, je bent innovatiemanager bij een bus- en taxi maatschappij.

Vanuit klanten krijg je de vraag of het ze gemakkelijker kan worden gemaakt om een taxi te boeken. Hieruit concludeer je dat het tijd is om een app te maken voor het boeken van taxi's.

Maar tijdens gebruikersonderzoek kom je erachter dat wat ze eigenlijk willen een manier is om sneller thuis te komen vanaf een restaurant. Het probleem is dus niet dat ze geen taxi kunnen boeken, maar dat ze te lang onderweg zijn.

Het interessante hieraan is dat een taxi-boek-app dan misschien helemaal niet de beste oplossing is, bijvoorbeeld omdat het dan altijd nog lang duurt voordat de taxi er is. Misschien moet je juist de buslijnen aanpassen of een scooter-oplossing gaan aanbieden. Of misschien maak je wel een taxi-boek-app, maar weet je nu dat je deze moet optimaliseren op ophaaltijd. De mogelijkheden zijn in ieder geval eindeloos.

Voorbeelden van design thinking technieken voor de definiëringsfase zijn:

  • Affiniteits-diagram: organiseer alle inzichten die je hebt opgedaan in de ontdekkingsfase op een logische manier;
  • Ishikawa-diagram: maak een overzicht van alle (mogelijke) oorzaken van het probleem;
  • 5 Whys: vraag je steeds af waarom iets gebeurt, tot je bij de kern van het probleem bent;
  • Probleemstatement formuleren: formuleer het probleem op een heldere en korte manier.

Fase 3: Ideëren (Ideate)

De ideëringsfase is waar het creatieve proces van design thinking écht begint! In deze fase ga je namelijk oplossingen bedenken voor het probleem dat je in de vorige fase hebt geformuleerd.

Wat wij zo leuk vinden aan deze fase is dat alles mag en alles kan! Er wordt van je verwacht dat je out-of-the-box gaat denken en niet vast blijft zitten in de manier waarop je dingen gewend bent te doen. Een favoriet moment dus tijdens onze workshop!

Laat je leiden door je creativiteit en bedenk zoveel mogelijk oplossingen, hoe gek of onuitvoerbaar ze misschien ook lijken. De kunst is om in deze fase niet meteen naar een werkbare oplossing te zoeken, maar om zoveel mogelijk ideeën te genereren.

Voorbeelden van design thinking technieken voor de ideëringsfase zijn:

  • Brainstormen: denk alleen of in een groep na over mogelijke oplossingen;
  • Mindmapping: maak een overzicht van alle ideeën in de vorm van een (digitale) mindmap;
  • Crazy 8's: bedenk 8 verschillende oplossingen in slechts 8 minuten;
  • 6-3-5 methode: bedenk in 6 minuten 5 verschillende oplossingen op 3 verschillende manieren;
  • Visioning: beeld je in hoe de ideale situatie eruit zou zien.

Fase 4: Creëren (Create)

Nadat je in de ideëringsfase een heleboel ideeën hebt bedacht, is het tijd voor de creëerfase.

In deze fase ga je namelijk een prototype maken van de meest veelbelovende oplossing die je in gedachten hebt. En geloof ons, dit is vaak niet de oplossing die je van tevoren in je hoofd had! We zien vaak dat de deelnemers van onze workshop verrast zijn door hun eigen oplossingen.

Het maken van een prototype is bedoeld om te testen of je idee daadwerkelijk werkt in de praktijk. Hoe beter het prototype, hoe grondiger de test kan zijn. Maar wees niet bang om fouten te maken: design thinking is een iteratief proces, wat betekent dat je steeds weer terug kunt gaan naar eerdere fasen om iets aan te passen of te verbeteren.

Prototype vs. MVP: wat is het verschil?

Let op! Een prototype is niet hetzelfde als een MVP (Minimum Viable Product). Een MVP is een product waarmee je zo snel mogelijk de markt op gaat, om te kijken of er vraag is naar je product. Een prototype is bedoeld om het idee te testen, maar hoeft nog niet "viable" te zijn. Het kan ook evengoed een maquette of een papieren versie zijn.

Voorbeelden van design thinking technieken voor de creatiefase zijn:

  • Prototyping: maak een (digitaal of fysiek) werkend prototype van je idee;
  • Wizard of Oz-methode: maak een simpel prototype en laat het verder door gebruikers testen;
  • Storytelling: vertel het verhaal achter je idee, om zo beter te begrijpen hoe het werkt in de praktijk.

Fase 5: Testen (Test)

In de testfase ga je het prototype uitproberen in de praktijk, om te kijken of het idee werkt zoals je had gedacht. Dit doe je door het prototype aan een aantal "echte" gebruikers te laten zien en te vragen wat ze ervan vinden. Deze feedback gebruik je weer om het prototype te verbeteren, zodat je in de volgende testfase een nóg beter resultaat bereikt.

Design thinking is dus een iteratief proces, waarbij je steeds weer terug gaat naar eerdere fasen om iets aan te passen of te verbeteren. Dit is precies waarom design thinking zo goed werkt: je leert namelijk van je fouten en komt steeds dichter bij de ideale oplossing.

Voorbeelden van design thinking technieken voor de testfase zijn:

  • Usability testing: test het prototype met echte gebruikers en kijk hoe ze het gebruiken;
  • A/B-testing: test twee verschillende versies van het prototype met een klein deel van de doelgroep, om te zien welke het beste werkt;
  • Feedbackgesprekken: praat met de gebruikers terwijl ze het prototype bekijken/testen, om zo feedback te krijgen op het prototype.

Tijd voor het bouwen van een MVP

Nadat je klaar bent met het design thinking traject, is het tijd voor de laatste fase: het bouwen van een MVP (Minimum Viable Product). In deze fase ga je namelijk het daadwerkelijke product maken, waarmee je zo snel mogelijk de markt op gaat. Dit kan zowel intern binnen je organisatie zijn, of extern naar je (potentiële) klanten.

Het maken van een MVP is bedoeld om te testen of je product daadwerkelijk werkt in de praktijk. Het is dus eigenlijk een gevorderde versie van je prototype, eentje die echt "levensvatbaar" is. Een MVP kan een simpele versie van je uiteindelijke product zijn, maar het moet wel werkend zijn.

Bij IGNE hebben we veel ervaring met het maken van MVP's, dus neem gerust contact met ons op als je hier hulp bij nodig hebt!

Geslaagd? Van MVP naar digitaal product!

Is je design thinking traject succesvol verlopen en heeft je MVP de test doorstaan? Dan is het tijd voor de volgende stap: het echte product doorontwikkelen! Je weet nu namelijk zeker dat er vraag is naar je product (binnen jouw organisatie, of extern), en dat het werkt in de praktijk. Samen met onze design- en development experts gaan we aan de slag om van je MVP een waardevol digitaal product te maken, klaar voor lancering binnen jouw organisatie of op de (internationale) markt.

Neem contact op met IGNE om je design thinking traject te starten! We helpen je graag verder met het ontwikkelen van je idee, zodat je zo snel mogelijk je nieuwe digitale product kunt lanceren.

Let's talk

ready to ignite?

UP